Vlakvullingen – Tesselations (©2008 Tom DEFOIRDT)

Gevouwen uit een vierkant vel “foil back” papier. – Folded from a square of foil back paper.

Vouwinstructies: niet beschikbaar – Diagrams: not available.

 

De linker vlakvulling is opgebouwd uit verschillende 90°- eenheden (zie foto hieronder boven links); de rechter is een combinatie van een 45°- eenheid (foto hieronder boven rechts) en 90°- eenheden. Elke eenheid ontstaat door vertrekkend van een centraal punt steeds in dezelfde richting een hoeveelheid papier om te plooien (om de 90° in het geval van een 90° eenheid; om de 45° in het geval van een 45° eenheid). Zo ontstaat een kegel, waarvan de as gevormd wordt door de bissectrices van de hoeken. De contour van de top van de kegel is 90° in het geval van een 90° en 45° in het geval van een 45° eenheid. Bij eenzelfde breedte van de omgeplooide flap neemt de hoogte van de kegel toe met afnemende hoek tussen 2 opeenvolgende omgeplooide flappen. Bij een 22,5° eenheid ontstaat zo een scherpe, hoge punt (zie foto’s hieronder onderaan).

 

The left tesselation is composed of different 90° units (see upper left picture below); the right one is a combination of a 45° unit (see upper right picture below) and four 90° units. Each unit originates from folding pleats in the same direction starting from a central point (90° between 2 pleats in case of a 90° unit and 45° in between in case of a 45° unit). By folding this way, a conical shape is formed, with the angle bissectors lying along the axis. The contour of the cone tip is 90° in case of a 90° unit and 45° in case of a 45° unit. When using the same pleat width, the height of the cone will increase with decreasing angles between 2 subsequent pleats. In case of a 22,5° unit, a high and sharp cone is formed (see lower pictures below).